De eerste weken gingen heel snel voorbij. De eerste dagen kreeg ik, samen met enkele andere beginnende collega’s, een opleiding om zo snel mogelijk aan de slag te kunnen gaan met allerhande taken. Het was veel informatie op korte tijd, maar achteraf gezien wel heel nuttig. Het was een totaal nieuwe wereld dat voor mij open ging, en ik vond het een eerste aangename kennismaking met de job. Door de coronamaatregelen moest ik vrij snel thuis aan de slag gaan, maar met het hechte team waarin ik terecht kwam, was dat geen obstakel om elkaar beter te leren kennen. Ik kreeg ook een mentor toegewezen, die mij inhoudelijk heel snel vooruit hielp, maar ook meer uitleg gaf over praktische zaken.

Waarover ik positief verrast ben? De collegialiteit en de afwisseling in de job!
Ik had mij de job veel individueler en met meer repetitief werk verwacht. Niets is minder waar. Elk dossier is anders, en wordt sowieso met iemand besproken en/of door iemand nagelezen. De moeilijkere dossiers worden op ons wekelijks overleg samen bekeken. Inhoudelijk is er ook heel veel variatie. Er moeten niet alleen adviezen over dossiers geschreven worden, ook de voorbespreking van projecten met architecten, projectontwikkelaars of burgers zijn een heel belangrijk onderdeel van de job. De samenwerking met andere (interne) diensten en overlegorganen zijn hierbij ook zeer waardevol.

Het feit dat je als individu een impact kan hebben op hoe de stad Gent er uitziet maakt me trots. Bij elke voorbespreking of elk dossier wordt er afgewogen wat kan en niet kan, volgens de goede ruimtelijke ordening. Zo kan het gebeuren dat een project bij het eerste overleg nog niet 100% strookt met wat die specifieke plek nodig heeft. Als je dan op het einde van het traject een mooi project ziet, waar elke partij tevreden met is, weet je dat je als omgevingsambtenaar een waardevolle rol hebt.

Het is een job met heel concrete taken en met veel variatie. Naast de administratieve zaken, zijn er ook heel veel momenten van overleg (met de andere omgevingsambtenaren of collega’s van andere interne/externe diensten, met architecten, projectontwikkelaars, burgers,…). Het sociale aspect van de job is zeker niet te onderschatten. Hoewel er dikwijls rekening moet gehouden worden met allerlei wetgeving, visies, … (zwart-wit denken), is er wel nog heel veel ruimte voor creativiteit (grijze zone). Deze grijze zone maakt dat elk dossier anders is, wat uiteraard heel boeiend is.

Elke week verdelen we een groot aantal dossiers onder de collega’s. Zo heeft iedereen zijn concrete “to do”-lijst. Als ik dan op het einde van de week zie dat we als team de deadlines hebben gehaald, geeft dat heel veel energie.

Het is duidelijk dat de Gentenaar de (ver)bouwmicrobe meer en meer te pakken heeft. Aangezien we gebonden zijn aan wettelijke termijnen, zijn er soms heel intense weken met hoge pieken in het aantal te verwerken dossiers. Dat, gecombineerd met alle andere taken, maakt dat de werkdruk soms hoog ligt.

Emelie De Smedt, omgevingsambtenaar bij de Stad Gent