Ik ben 2 jaar geleden overgestapt van de provincie naar de stad. In de stad werk je op maat van een gebied dat je echt kent. Je ziet op korte termijn dat je werk een impact heeft op het straatbeeld. Als je een vergunning geeft voor het bouwen van een woning, kan je die woning na een aantal jaar zien staan. Dat is leuk en zorgt ervoor dat het aanvoelt als zinvol werk. Je krijgt een gebied in de vingers en voelt je daardoor zelfzeker. Dit is iets wat ik miste bij een hogere overheid.

Omgevingsvergunningen beoordelen en begeleiden lijkt in eerste instantie iets droog en een ‘ver-van-mijn-bed-show’ maar wanneer je erover nadenkt zal bijna iedereen in zijn leven eens in aanraking met een omgevingsvergunning wat de job net heel erg concreet maakt en dit zeker op een stedelijk niveau. Denk maar aan het bouwen van een woning, een carport,… Plots moet je op een andere manier naar de beschikbare ruimte kijken: geeft het bouwen van een carport op die locatie geen hinder naar een buur? Wat met de verharding? Dit zijn vragen waar je anders niet bij stilstaat.

Daarnaast heeft een omgevingsambtenaar inhoudelijk een heel diverse job. Bij een uitbreidingsvraag van een ziekenhuis krijg je inzicht in hoe een gebouw kan werken voor een zorginstelling. Bij een grote woonontwikkeling moet je dan weer beoordelen of er geen nood is aan bijkomend groen of een nieuwe trage verbinding. Bij een uitbreiding van een bedrijf in de haven krijg je een inzicht in het productieproces van een bedrijf en hoe zich dat ruimtelijk vertaalt. Gent is ook een stad waar al deze domeinen aan bod komen: van het buitengebied tot de randstad tot de haven tot de binnenkern.

Als omgevingsambtenaar werk je met vrij complexe wetgeving. De vertaling hiervan naar een burger is niet evident. Daarnaast geef je ook advies over grotere ruimtevragen. Hiervoor moet je stevig in je schoenen staan, overtuigen en knopen doorhakken.

Waar ik het meeste energie uit haal? Dat is de zeer goede groepssfeer binnen het team. Er zijn activiteiten buiten het werk waarbij het werk zelf niet meer centraal staat. Als omgevingsambtenaar heb je bij een aantal dossiers een moeilijke positie naar de buitenwereld. Je bent niet altijd geliefd. Tussen de collega’s onderling is er echter een enorme collegialiteit. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje en we gaan ervoor.

Lisa Stroobandt, omgevingsambtenaar bij de Stad Gent